In-situ chemische oxidatie

Indien een ontgraving niet mogelijk is, wordt in specifieke gevallen geopteerd voor een in-situ chemische oxidatie (ISCO) voor de behandeling van de kernzone van een bodemverontreiniging. 

Met deze techniek wordt een destructie van de polluenten door injectie van een oxidatiemiddel in de bodem gerealiseerd. De meeste organische polluenten – zoals oliecomponenten, PAKs en gechloreerde organische verbindingen – kunnen door deze techniek behandeld worden.

Verschillende oxidatiemiddelen kunnen ingezet worden. Men maakt daarbij onderscheid tussen oxidatiemiddelen die een directe uitwerking hebben, zoals peroxide . Vaak wordt bij peroxide driewaardig kationisch ijzer als katalysator toegevoegd (Fenton’s reagens). Een SRC (Slow Release Compound) zorgt ervoor dat de uitwerking meer geleidelijk optreedt waardoor het oxidans normalerwijs meer tijd heeft om contact te maken met de polluenten in de bodem.   

Het oxidatiemiddel wordt ter plaatse aangemaakt en in de bodem gebracht. Leidingen of andere ondergrondse constructies die kunnen aangetast worden door het oxidatiemiddel mogen uiteraard niet aanwezig zijn in de behandelde bodem.

In-situ chemische oxidatie

{{ popup_title }}

{{ popup_close_text }}

x